Terwijl wij ons in het team vooral buigen over hoe we onderwijs gaan aanbieden, zie ik overal initiatieven voor online cultuureducatie ontstaan. Op social media worden massaal artikelen gedeeld en intussen krijg ik van collega’s en vrienden ook de nodige ´leuke´ culturele initiatieven aangereikt.
Mijn eerste reactie is: wat mooi om te zien dat er zoveel mogelijk is in een tijd waarin opeens alles anders wordt. Maar ik word ook een beetje zenuwachtig van al die digitale mogelijkheden. Als icc´er moet ik hier natuurlijk iets mee. Maar wat is de beste keuze uit het aanbod voor onze school? En hoe kan ik als icc´er dat digitale thuisonderwijs het beste ondersteunen? Ik krijg het gevoel dat ik mee moet in de sneltrein en verzamel in mijn enthousiasme al het toegestuurde aanbod. Maar het is teveel. Ik druk de pauzeknop in, want er zijn organisaties, zoals het LKCA, die alle voorbeelden al onder elkaar zetten. Het aanbod is er, nu komt het aan op keuzes maken.
Na de hectiek van de eerste weken waarin de focus vooral lag op het wegwijs worden in onderwijs op afstand en het enorme aanbod aan digitale cultuureducatie, deed ik een stapje terug. Ik besloot terug te gaan naar onze basis en pakte de visiestukken van onze school erbij. “Op onze school leren we kinderen dat ze deel uitmaken van een groter geheel en hier ook een bijdrage in hebben. Creërend vermogen staat hierbij centraal.” Las ik onder andere terug. Het leverde een mooi moment van bezinning op en de conclusie dat die visiestukken juist in crisistijd een stevig fundament kunnen zijn om op te voort bouwen.
In april was de start gepland van een schoolproject over communicatie in samenwerking met twee dramadocenten. De twee grootste doelen van dit project waren het vergoten van de leerkrachtvaardigheden en het stimuleren van het creërend vermogen van de leerlingen. Ik nam contact op met de dramadocenten om samen een vorm te vinden waarin het project wel door kon gaan. Dat is gelukt. De theaterdocenten hebben per week een inspiratie- en instructiefilmpje gemaakt voor de verschillende groepen. We zijn een zogenaamd padlet gestart, een digitaal prikbord, waarop de leerlingen hun uitwerking in de vorm van een foto of geluidsopname zelf kunnen uploaden. Door op deze manier een online element toe te voegen kan cultuureducatie in deze periode voor de leerlingen toch doorgaan. Voor de leerkrachten hebben we besproken dat zij ook met de opdrachten meedoen, zodat ze net zo goed onderdeel blijven van het creatief proces. Met het aanpassen van de geplande projecten voorkomen we de noodsprong nu losstaand cultuuraanbod te moeten maken.
Zo´n ingreep is natuurlijk makkelijker bedacht dan gedaan. Meteen kwamen we voor uitdagingen te staan: hoe kunnen leerlingen bijvoorbeeld opdrachten zelfstandig thuis uitvoeren en hoe gaan we die dan beoordelen? Zomaar een filmpje opsturen? Heeft dat zin? Hoe zorg je ervoor dat de opdracht en het proces dat je voor ogen hebt ook echt overkomt bij de leerlingen?